Beste Akwasi,

Ik moest gisteravond kiezen tussen het bijwonen van de Anton de Kom-lezing, die jij uitsprak, of thuis op de bank Angela de Jong bij ‘Marcel & Gijs’ kijken.

Dat was niet zo’n moeilijke keus.

Ik ben groot fan van Angela de Jong.

Maar ik heb de tekst van je lezing natuurlijk wel teruggelezen.

Helemaal.

Vooral omdat ik benieuwd was of je inmiddels in staat was tot enige zelfreflectie.

(Advertentie)

Anton de Kom was een held. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zat deze Surinaamse schrijver in het verzet . Om die reden werd hij op 7 augustus 1944 gearresteerd. Via de gevangenis van Scheveningen en Kamp Vught belandde hij in september 1944 in concentratiekamp Sachsenhausen. Daar moest hij als dwangarbeider werken voor Heinkel, de bouwer van jachtvliegtuigen en bommenwerpers waarmee de Luftwaffe dood en verderf zaaide over heel Europa. De Kom kwam nooit meer terug naar Nederland; hij overleed op 24 april 1945 aan tuberculose in Kamp Sandbostel. Hij werd in een massagraf begraven, maar in 1960 werden zijn stoffelijke resten gevonden en bijgezet op de erebegraafplaats in Loenen. In 1982 kreeg hij postuum het Verzetshedenkingskruis.

Jij bent bepaald geen Anton de Kom.

En dan doel ik niet op je gebrekkige schrijftalent, maar op je ‘verzetsdaden’.

Waar Anton de Kom tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn leven op het spel zette (en verloor) in de strijd tegen de bezetter, ben jij een knuffelkleurling die juist álle steun krijgt van het heersende gezag.

Je mag tijdens een massabijeenkomst op de Dam ongestraft groepen ophitsen en aanzetten tot geweld tegen iedereen die in november meedoet aan een traditioneel verkleedfeest…

(Advertentie)

Je mag een journalist bedreigen en zijn apparatuur stelen

Je krijgt zelfs een paar miljoen euro subsidie per jaar om omroepje te spelen in de marge van de marge (de serie ‘Riches’ trok afgelopen zondag welgeteld 68.000 kijkers, waarvan de buiten jullie doelgroep vallende mevrouw Dijkgraaf en haar kleine kale witmang er twee zijn)…

Zo’n luxe leventje had Anton de Kom ook wel willen hebben.

Maar daar hoef je natuurlijk geen excuses voor aan te bieden.

Ik ga jou niet kwalijk nemen dat je ondanks je gebrek aan talent geprivilegieerd bent.

Pakt wat je pakken kunt.

Toch, bro?

Maar wat ik je wél kwalijk neem, is dat je bij het uitspreken van je als ‘Briefjes van Akwasi’ verpakte opstel niet voor eens en voor altijd excuses maakte voor de leugens over je eigen slavernijverleden.

(Advertentie)

In 2017 vertelde je voor de televisiecamera’s: “Er is onderzoek gedaan naar mijn achternaam en nu blijkt dus dat ik een nazaat ben van zwarte slavenhandelaren. Ik ben een Ashanti-Ghanees en Ashanti-Ghanezen werkten heel nauw met de Nederlanders samen. En die verkochten Ghanezen uit het Noorden en die wisten niet dat die verhandeld zouden worden als goederen, als slaven. En daar hebben ze nog steeds, tot op de dag van vandaag, heel veel spijt van. Ergens zijn mijn voorouders ook daders. Maar ergens ook niet. Want het is niet bewezen. Je kan de vinger niet op de zere plek leggen. Maar het wordt gezegd.”

In 2020, na dat opruien op de Dam, zei je in een interview met Het Parool: “Dat Ashanti slavenhandelaars zouden zijn geweest? Iedereen is opeens een historicus, mensen roepen maar wat. Ashanti zijn geen slaven­handelaren geweest. Kom op met de feiten dan, die zijn er niet.”

Die uitdaging om met feiten te komen werd aangenomen. Uit onverdachte hoek: door BNNVARA. Historicus Han van der Horst schreef op de nieuws- en opiniewebsite Joop.nl: “Er ligt bewijs te over voor de stelling dat de Ashanti een wezenlijke rol speelden in de transatlantische slavenhandel. Hun koningen deden daarvoor zaken, niet alleen met de Nederlanders in Elmina, maar ook met de Engelsen, de Denen en zelfs een tijdje de Brandenburgers.”

Van der Horst komt met diverse wetenschappelijke onderzoeken op de proppen.

(Advertentie)

En hij besluit zijn betoog dat je in Het Parool liep te liegen met een alinea die het allemaal nog erger maakt: jouw voorouders hándelden niet alleen in slaven, ze gebrúikten zelf ook slaven.

Want wat schrijft hij?

“Nadat de Britten in 1807 de transatlantische slavenhandel verboden hadden, maar de slavernij niet, moesten de Ghanese rijken, waaronder de Ashanti, naar alternatieven zoeken. Het belangrijkste was palmolie, geproduceerd op door slaven bemande plantages. Slaven waren lekker goedkoop geworden omdat het verbod op vervoer naar de Amerika’s voor een prijsdaling had gezorgd.”

Niet mijn woorden, dat jouw voorouders niet deugden, maar die van een gerenommeerde historicus die nota bene voor BNNVARA werkt.

Zo bezien was het best wel brutaal dat jij die Anton de Kom-lezing gisteren durfde geven en jezelf ook nog met hem vereenzelvigde (“Lieve Anton de Kom, u kunt mij Anton de Zon noemen.”).

Jij!

Iemand die zijn eigen geschiedenis ontkent…

Iemand wiens voorouders zo’n slavernijverleden hebben…

(Advertentie)

Zo’n optreden kun je eigenlijk alleen verkopen, als je het gebruikt om je excuses aan te bieden namens je voorouders.

En natuurlijk: herstelbetalingen!

Maar dat deed je niet.

Wat wel?

Klagen.

Over de Groningers (die niet zo moeten zeiken).

En over de Nationale Dodenherdenking.

“Ik blijf het opmerkelijk vinden dat je voor de herdenking van Keti Koti subsidie moet aanvragen, en dat het bedrag voor de herdenking van de Tweede Wereldoorlog meer dan honderd keer zo hoog is.”

Snap je nou zelf niet wat je daar deed?

Tíjdens de Anton de Kom-lezing als pronkprinsje van de herstelbetalingsindustrie én nazaat van slavenhandelaren pissen op het graf van échte verzetsstrijders.

Zoals Anton de Kom.

Hoe dom kun je zijn?

Groet,

JanD

PS. Cadeautje. Educate yourself!

PS2. Je was net te laat voor de nieuwe ‘Nare Jongens Podcast’: de Jankmuilen Special.


Disclaimer: Het ‘Briefje van Jan’ en de ’99 woorden’ zijn gratis te lezen. Donaties (via Backme) worden zeer gewaardeerd.