Als wij vroeger op vrijdagavond naar Rotterdam gingen, gingen mijn moeder en mijn zusje altijd winkelen.

Mijn vader en ik haalden, als we niet zelf iets moesten hebben, een halve HEMA-worst en gingen voor de winkel ‘mensen kijken’.

Tienduizenden zagen we er passeren.

Soms raadden we hun beroepen.

“Ambtenaar.”

“Temeier!”

Een andere keer becommentarieerden we hun gezichten, die altijd op standje onweer leken te staan.

Als we te grof werden, zei een van ons: “Die mensen zien ons ook, hè…”

Dan keken we in de spiegeling van de winkelruit en lachten onszelf uit.

Waldorf en Statler met een halve HEMA-worst.


Dit en nog 98 andere stukjes van 99 woorden over ‘vroeger’ staan in mijn boekje ‘Ik weet nog wel dat…’ Het is weer te koop!